wat een bof! 1.0
wat een gelukkig toeval!
Algemene voorbeelden
'Snurk je?' zegt Agnes, 'wat een bof. Ik heb last van de stilte als ik lang wakker lig.'
'Snurk je?' zegt Agnes, 'wat een bof. Ik heb last van de stilte als ik lang wakker lig.'